Interview met Koen van Dijk

“Eigenlijk gaat het vanzelf met Danny”

– Koen van Dijk

Koen van Dijk is de drumdocent van de 12-jarige Danny Peters. “Hij zei ‘ik mis een hand’. Daar had ik geen ervaring mee maar hij had een drumprothese waarbij de stok stevig zit, dus we zijn gewoon aan de slag gegaan.”

Winny van Rij – DONDERDAG 18 NOVEMBER 2021

ALPHEN AAN DEN RIJN – Koen geeft zo’n vier jaar les aan de Alphense Popschool van Maurice van Tol. “Ik heb nu zestien leerlingen die ik individueel les geef net als Danny, behalve een vader en zoon die samen komen. Er zit een mooie groei in het aantal leerlingen.” Daarnaast geeft Koen ook les op de muziekschool in Haarlem waar hij studeerde aan het conservatorium. “Daarnaast heb ik mijn vaste band ‘The Stream’ en speel ik bij verschillende bands mee om in te vallen of doe projecten in de theaterwereld.”

Eigen interesse staat voorop

Koen begon zijn lessen met Danny ruim twee seizoenen geleden. “Net als met andere leerlingen. In de eerste lessen leer je het drumstel kennen en ligt de focus heel erg op coördinatie.” Daarnaast houdt Koen erg rekening met de leerlingen. Hij kijkt naar de interesses die ze hebben en combineert dat met de dingen die hij hen wil leren. “Het leukste is dat Danny zelf liedjes inbrengt en daar haal ik dan wel weer iets uit wat hij kan oefenen. Daarom gaat het denk ik ook wel redelijk vanzelf met Danny.” Danny houdt van Rockmuziek en Koen ook. “Vaak komt Danny zelf met een liedje maar ik heb altijd wat suggesties achter de hand om te spelen.” Soms is een ander liedje nodig dat niet helemaal in Danny’s straatje past. “Bijvoorbeeld om bepaalde ritmes te leren spelen en dat vindt hij dan ook wel prima.”

Danny tijdens de muziekles

Lastig is niet erg

Natuurlijk zijn er dingen die Danny moeilijk vindt. “Dat merk ik wel, maar ik wil het dan toch graag proberen. Het is niet erg als iets lastig is maar als iets te lastig of onhaalbaar is en dus niet meer leuk, is het aan mij als docent om daarin de balans te vinden. Dan proberen we het op een andere manier. En hij zegt het ook wel, hoor.” De techniek is soms wel wat ingewikkelder. “Hoe je de stokken vasthoudt, hoe je je vingers, pols en armen kunt houden. Voor veel liedjes geldt dat je hier niet over na hoeft denken, dus dat is geen probleem. Bovendien heb ik dat met andere leerlingen ook, dus dat is eigenlijk geen verschil.”

Geen belemmering

Volgens Koen ontwikkelt Danny zich goed. “Net als andere leerlingen. Hij is nu wel toe aan wat moeilijker dingen zoals wisselingen in tempo en tellen. Daar moet je je hoofd goed bij houden dus daaraan kan hij zich nu wel wagen.” Op termijn een bandje om samen met anderen te spelen zou goed zijn. “Dan komt wat je leert, beter tot zijn recht. Een pluspunt is dat hij ook gitaar speelt, dan heb je meer mogelijkheden.” Die lessen volgt hij bij collega docent Erik Reino van Schoonhoven. Koen merkt dat Danny er veel plezier aan beleeft. “Aan het eind van de les merk ik dat hij zich goed vermaakt heeft en dat is belangrijk. Plezier is belangrijk bij het maken van muziek en een handicap zou hierbij geen belemmering moeten zijn.”